Home ->Dictionaries ->Dutch/French ->Translate erfgoed

Translate erfgoed from Dutch to French

Summary

Dutch to French: more detail...

erfgoed:
- héritage; succession; apanage; legs; objet hérité
Wiktionary:
- erfgoed → héritage, leg
User Contributed Translations for erfgoed:
- patrimoine

Dutch

Detailed Translations for erfgoed from Dutch to French

erfgoed:

erfgoed [het ~] nomen

het erfgoed (nalatenschap; erfenis; legaat; boedel; erfboedel)
l'héritage; la succession; l'apanage; le legs; l'objet hérité
- héritage [le ~] nomen
- succession [la ~] nomen
- apanage [le ~] nomen
- legs [le ~] nomen
- objet hérité [le ~] nomen

Translation Matrix for erfgoed:

Noun	Related Translations	Other Translations
apanage	boedel; erfboedel; erfenis; erfgoed; legaat; nalatenschap
héritage	boedel; erfboedel; erfenis; erfgoed; legaat; nalatenschap	deel; erfdeel; erfenis; erfstuk; oudere functie; overname; wat iemand erft
legs	boedel; erfboedel; erfenis; erfgoed; legaat; nalatenschap	vermaking
objet hérité	boedel; erfboedel; erfenis; erfgoed; legaat; nalatenschap	deel; erfdeel; erfenis; erfstuk; wat iemand erft
succession	boedel; erfboedel; erfenis; erfgoed; legaat; nalatenschap	aaneenschakeling; erfopvolging; opeenvolging; opvolging; samentrekking; samenvoeging; successie

Wiktionary Translations for erfgoed:

Cross Translation:

From	To	Via
• erfgoed	→ héritage	↔ heritage — tradition
• erfgoed	→ héritage; leg	↔ legacy — Something inherited from a predecessor; a heritage
• erfgoed	→ héritage	↔ legacy — money or property bequeathed to someone in a will
• erfgoed	→ héritage	↔ Erbe — Nachwirkungen einer Epoche