Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. examinator:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for examinator from Dutch to French

examinator:

examinator [de ~ (m)] nomen

  1. de examinator (tester; onderzoeker)
    l'examinateur; l'interrogateur; la personne qui teste

Translation Matrix for examinator:

NounRelated TranslationsOther Translations
examinateur examinator; onderzoeker; tester conducteur; controleur; onderzoeker; treinconducteur; vorser
interrogateur examinator; onderzoeker; tester interpellant; vraagsteller; vragensteller; vrager
personne qui teste examinator; onderzoeker; tester
ModifierRelated TranslationsOther Translations
interrogateur informerend; leergierig; navragend; studieus

Related Words for "examinator":

  • examinatoren, examinators

Wiktionary Translations for examinator:

examinator
noun
  1. beroep|nld iemand die examineert, ondervraagt