Summary
Dutch to French: more detail...
- faam:
-
Wiktionary:
- faam → renommée, célébrité, réputation
- faam → réputation, renommée
Dutch
Detailed Translations for faam from Dutch to French
faam:
Translation Matrix for faam:
Noun | Related Translations | Other Translations |
nom | faam; naam; reputatie; roep | aanduiding; achternaam; benaming; benoeming; label; naam; naamwoord; substantief; term; zelfstandig naamwoord; znw. |
notoriété | faam; naam; reputatie; roep | aanzien; achting; niveau; ruchtbaarheid |
prestige | faam; naam; reputatie; roep | aanzien; achtbaarheid; achting; grandeur; grootsheid; indrukwekkendheid; niveau; prestige; status |
réputation | faam; naam; reputatie; roep | aanzien; achting; bekendheid; eer; eergevoel; niveau; reputatie; reputaties; trots |
Wiktionary Translations for faam:
faam
faam
Cross Translation:
noun
-
opinion bonne ou mauvaise au sujet d'une personne ou d’une chose.
- réputation → faam; reputatie; naam; roep; beroemdheid; vermaardheid; glorie; lof; roem; befaamdheid; mare
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• faam | → réputation; renommée | ↔ reputation — what somebody is known for |
External Machine Translations: