Noun | Related Translations | Other Translations |
fana
|
ijveraar; maniak; scherpslijper; zeloot
|
dweper; fanaat; fanaticus; fanatiekeling; ijveraar; zeloot
|
fanatique
|
ijveraar; maniak; scherpslijper; zeloot
|
aanhouder; doordrammer; dweper; fanaat; fanaticus; fanatiekeling; ijveraar; zeloot
|
fervent
|
ijveraar; maniak; scherpslijper; zeloot
|
dweper; fanaat; zeloot
|
freak
|
freak; maniak
|
|
maniaque
|
freak; ijveraar; maniak; scherpslijper; zeloot
|
dweper; fanaat; fanaticus; fanatiekeling; zeloot
|
sot
|
freak; maniak
|
achterlijke; dolleman; domkop; dommerik; domoor; domoren; druiloor; dwaas; geesteszieke; gek; gestoorde; hansworst; idioot; imbeciel; kalfskop; krankzinnige; kwast; kwibus; mafketel; nar; oen; onbenul; onnozelaar; onnozele; onnozele hals; onnozele kerel; rund; schaapskop; schapenkop; simpele ziel; stommeling; stommerd; stommerik; sufferd; sufferdje; sukkel; sul; uilskuiken; waanzinnige; zot
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
fanatique
|
|
bezeten; bezetene; dweepziek; dweperig; fanatiek; fanatieke; gedreven; gemotiveerd; motivatie bezittend
|
fervent
|
|
bezeten; bitter; bitter van smaak; brandend; dweepziek; dweperig; fanatiek; fel; fervent; fonkelend; gloeiend; hanig; heftig; hevig; onbeheerst; onstuimig; pinnig; scherp; snibbig; verhit; vinnig; vlijmend; vurig; warm
|
maniaque
|
|
maniakaal; manisch
|
sot
|
|
absurd; achterlijk; apart; belachelijk; bespottelijk; bijzonder; bizar; buitenissig; curieus; dwaas; eigenaardig; excentriek; geestelijk gestoord; geestesziek; gek; geschift; gestoord; getikt; grappig; hoorndol; humoristisch; idioot; idioterig; kierewiet; kluchtig; knots; koddig; komiek; komisch; krankjorum; krankzinnig; lachwekkend; leeghoofdig; leuk; maf; mal; merkwaardig; mesjogge; niet goed snik; onbenullig; onbezonnen; ongewoon; onnozel; onwijs; stupide; typisch; vreemd; waanzinnig; zonderling; zot
|