Summary
Dutch
Detailed Translations for nieuwheid from Dutch to French
nieuwheid:
-
de nieuwheid (originaliteit; frisheid)
Translation Matrix for nieuwheid:
Noun | Related Translations | Other Translations |
fraîcheur | frisheid; nieuwheid; originaliteit | afkoeling; frisheid; jeugd; jeugdigheid; kilheid; kilte; koelheid; koelte; kou; koude; verkoeling; versheid |
originalité | frisheid; nieuwheid; originaliteit | oorspronkelijk zijn; oorspronkelijkheid; originaliteit |
Related Words for "nieuwheid":
nieuw:
-
nieuw (pas gekocht)
-
nieuw (nieuwbakken)
Translation Matrix for nieuw:
Noun | Related Translations | Other Translations |
frais | afkoeling; belasting; besteding; gelduitgave; heffing; kost; kosten; leges; onkosten; toeslag; uitgaaf; uitgave; uitgaven; verkoeling | |
nouveau | eerstejaars; eerstejaars student; foet; groentje; nieuweling; nieuwkomer | |
Other | Related Translations | Other Translations |
neuf | negen | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
de fraîche date | nieuw; nieuwbakken | |
frais | nieuw; nieuwbakken | fris; frisjes; gekoeld; kil; koel; koeltjes; luchtig; nieuwe; onbestorven; vers; versgebakken |
fraîchement | nieuw; nieuwbakken | fris; frisjes; koel; vers; versgebakken |
neuf | nieuw; pas gekocht | onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend |
nouveau | nieuw; pas gekocht | allernieuwste; geavanceerde; laatste; nieuwe; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend |
Related Words for "nieuw":
Antonyms for "nieuw":
Related Definitions for "nieuw":
Wiktionary Translations for nieuw:
nieuw
Cross Translation:
adjective
nieuw
-
recentelijk gemaakt
-
recentelijk ontdekt
-
huidige
-
onderscheidt nieuwere namen van oudere
-
in originele staat
-
vreemd, onbekend
-
recentelijk aangekomen of opgedoken
-
woorden die in een of meer van de bovenstaande categoriën horen, maar waarvan niet bekend is in welke (voel u vrij deze woorden in de juiste categorie in te voegen)
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• nieuw | → nouvelle; nouvel; nouveau; nouvelles; nouveaux | ↔ fresh — new or clean |
• nieuw | → nouveau; nouvel | ↔ new — recently made or created |
• nieuw | → nouveau; nouvel | ↔ new — additional, recently discovered |
• nieuw | → nouveau; nouvel | ↔ new — current or later |
• nieuw | → nouveau; nouvel | ↔ new — distinguishing something established more recently |
• nieuw | → neuf; nouvel; nouveau | ↔ new — in original condition, pristine |
• nieuw | → nouvel; nouveau; autre | ↔ new — refreshed, reinvigorated |
• nieuw | → nouvel; nouveau | ↔ new — of recent origin |
• nieuw | → nouvel; nouveau | ↔ new — strange, unfamiliar |
• nieuw | → nouvel; nouveau | ↔ new — recently arrived or appeared |
• nieuw | → nouveau; nouvel | ↔ new — inexperienced, unaccustomed |
• nieuw | → nouvelle; nouveau; original; originale | ↔ novel — new, original, especially in an interesting way |
• nieuw | → neuf; nouveau | ↔ neu — vor kurzer Zeit gemacht oder geschehen |