Dutch
Detailed Translations for overstag gaan from Dutch to French
overstag gaan:
-
overstag gaan
Conjugations for overstag gaan:
o.t.t.
- ga overstag
- gaat overstag
- gaat overstag
- gaan overstag
- gaan overstag
- gaan overstag
o.v.t.
- ging overstag
- ging overstag
- ging overstag
- gingen overstag
- gingen overstag
- gingen overstag
v.t.t.
- ben overstag gegaan
- bent overstag gegaan
- is overstag gegaan
- zijn overstag gegaan
- zijn overstag gegaan
- zijn overstag gegaan
v.v.t.
- was overstag gegaan
- was overstag gegaan
- was overstag gegaan
- waren overstag gegaan
- waren overstag gegaan
- waren overstag gegaan
o.t.t.t.
- zal overstag gaan
- zult overstag gaan
- zal overstag gaan
- zullen overstag gaan
- zullen overstag gaan
- zullen overstag gaan
o.v.t.t.
- zou overstag gaan
- zou overstag gaan
- zou overstag gaan
- zouden overstag gaan
- zouden overstag gaan
- zouden overstag gaan
diversen
- ga overstag!
- gaat overstag!
- overstag gegaan
- overstag gaand
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for overstag gaan:
Verb | Related Translations | Other Translations |
virer de bord | overstag gaan | aaneenrijgen; rijgen |
Wiktionary Translations for overstag gaan:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• overstag gaan | → louvoyer | ↔ tack — nautical: to turn the bow through the wind |