Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. portiers:
  2. portier:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for portiers from Dutch to French

portiers:

portiers [de ~] nomen, plural

  1. de portiers
    le portiers

Translation Matrix for portiers:

NounRelated TranslationsOther Translations
portiers portiers

Related Words for "portiers":


portier:

portier [de ~ (m)] nomen

  1. de portier (bewaker; suppoost; wacht)
    le garde; le gardien; le surveillant; le portier; l'huissier; le veilleur; le concierge
  2. de portier (bewaker; deurwachter; suppoost; wacht)
    la portière; le portier; le concierge; le gardien d'immeuble
  3. de portier (conciërge)
    le concierge; le portier; le gardien d'immeuble

Translation Matrix for portier:

NounRelated TranslationsOther Translations
concierge bewaker; conciërge; deurwachter; portier; suppoost; wacht amanuensis; babbelaar; bewaker; cipier; conciërge; gevangenbewaarder; hospes; huisbaas; huisbewaarder; huisheer; huismeester; huurbaas; kamerverhuurder; klep; kletskop; kletskous; kletsmajoor; kwebbel; leuteraar; schoolbewaarder; suppoost; wacht; zaalwachter; zwammer; zwetser
garde bewaker; portier; suppoost; wacht baker; beheer; bergen; berging; bescherming; bewaarplaats; bewaker; bewaking; bewaren; bewaring; cipier; controle; garde; gevangenbewaarder; hoede; in bewaring geven; kraaiennest; persoon die op wacht staat; surveillance; toevertrouwen; toezicht; uitkijk; wacht; wachter; zeggenschap; zorg
gardien bewaker; portier; suppoost; wacht amanuensis; beschermer; bewaarder; bewaker; cipier; conciërge; conservator; die wakker is; dierverzorger; gevangenbewaarder; gevangenisbewaarder; hospes; huisbaas; huisheer; huurbaas; kamerverhuurder; kraaiennest; mandekker; oppasser; poortwachter; schildwacht; schoolbewaarder; suppoost; uitkijk; verdediger; verzorger; wacht; wachter; wakker; wie beschermt; zaalwachter
gardien d'immeuble bewaker; conciërge; deurwachter; portier; suppoost; wacht bewaker; cipier; gevangenbewaarder; wacht
huissier bewaker; portier; suppoost; wacht deurwaarder; gerechtsdeurwaarder; poortwachter
portier bewaker; conciërge; deurwachter; portier; suppoost; wacht bewaker; cipier; conciërge; gevangenbewaarder; poortwachter; wacht
portière bewaker; deurwachter; portier; suppoost; wacht bewaker; cipier; gevangenbewaarder; wacht
surveillant bewaker; portier; suppoost; wacht ordebewaarder; persoon die op wacht staat; schildwacht; surveillant; wacht; wachter; zaalchef
veilleur bewaker; portier; suppoost; wacht bewaker; cipier; gevangenbewaarder; persoon die op wacht staat; schildwacht; wacht; wachter; waker; wakker persoon
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
garde beveiliging

Related Words for "portier":


Related Definitions for "portier":

  1. deur van een auto1
    • ik sluit het portier en rij weg1
  2. wie de ingang van een gebouw bewaakt1
    • de portier wees mij de weg1

Wiktionary Translations for portier:

portier
noun
  1. menu|fr ouverture battante dans un mur qui permet d’entrer ou sortir d’un endroit.
  2. transport|fr ouverture de la voiture, du wagon par où l’on monter et l’on descendre.

Cross Translation:
FromToVia
portier videur bouncer — member of security personnel
portier huis; porte door — portal of entry into a building, room or vehicle
portier portier janitor — doorman
portier portier Portier — männliche Person, die am Eingang von Gebäuden mit viel Publikumsverkehr (etwa Hotels, Wohnanlagen oder Bürokomplexen) Kommende und Gehende in Augenschein nimmt, ihnen beim Betreten beziehungsweise Verlassen des Gebäudes behilflich ist und Auskünfte erteilt