Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. signaal:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for signaal from Dutch to French

signaal:

signaal [het ~] nomen

  1. het signaal (teken)
    le signal; la marque; le signe; l'indice; l'avertissement; le geste

Translation Matrix for signaal:

NounRelated TranslationsOther Translations
avertissement signaal; teken aanmaning; aansporing tot plicht; convocatie; gebaar; geste; herinnering; informatie; kennisgeving; maning; mededeling; sein; teken; vermaning; verwittiging; waarschuwing; wenk
geste signaal; teken actie; aktie; beweging; daad; gebaar; geste; handeling; lichaamsbeweging
indice signaal; teken aanwijzing; eigenschap; gebaar; geste; index; indexcijfer; indexgetal; karakterisering; karakteristiek; karaktertrek; kencijfer; kengetal; kenmerk; koersindex; richtgetal; sein; spoor; stigma; teken; toespeling; typering; verwijzing; wenk
marque signaal; teken beeldmerk; bewijs; blijk; brandteken; decoratie; eigenschap; ereteken; etiket; gebaar; geste; handelsmerk; handelsnaam; herkenningsteken; iemand kenmerken; inktstempel; karakterisering; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; kenteken; label; logo; merk; merknaam; merkteken; nummerplaat; onderscheiding; onderscheidingsteken; ridderorde; stempel; stigma; striem; teken; typering; warenmerk; zegel
signal signaal; teken eigenschap; gebaar; geste; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; sein; stigma; teken; wenk
signe signaal; teken aanwijzing; bewijs; blijk; decoratie; eigenschap; ereteken; etiket; gebaar; geste; gesternte; herkenningsteken; iemand kenmerken; karakter; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; kenteken; knipoog; letter; letterteken; nummerplaat; onderscheiding; onderscheidingsteken; oogwenk; ridderorde; sein; seintje; sterrenbeeld; stigma; teken; tip; vingerwenk; vingerwijzing; wenk
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
avertissement waarschuwing
indice subscript

Related Words for "signaal":

  • signalen, signaaltje

Related Definitions for "signaal":

  1. teken dat je iets moet doen of dat er iets gebeurt1
    • rood licht is het signaal dat je moet stoppen1

Wiktionary Translations for signaal:

signaal
noun
  1. 2,3,4,5,6. vorm van informatie

Cross Translation:
FromToVia
signaal signal signal — indication