Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. spreiding:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for spreiding from Dutch to French

spreiding:

spreiding [de ~ (v)] nomen

  1. de spreiding
    la dispersion
  2. de spreiding
    la diffusion
  3. de spreiding

Translation Matrix for spreiding:

NounRelated TranslationsOther Translations
diffusion spreiding diffusie; uitlegging; uitspreiding; uitstrooiing; uitzending; verbreiding; verspreiding
dispersion spreiding afgifte; uitdeling; uitgaaf; uitgifte; uitreiking; uitstrooiing; verbrokkeling; vergruizing; versnippering; verspreiding; verstrekking
engraissement spreiding mesten

Related Words for "spreiding":

  • spreidingen

Wiktionary Translations for spreiding:

spreiding
noun
  1. Autres sens à trier