Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. stekkers:
  2. stekker:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for stekkers from Dutch to French

stekkers:

stekkers [de ~] nomen, plural

  1. de stekkers

Translation Matrix for stekkers:

NounRelated TranslationsOther Translations
fiches de contact stekkers

Related Words for "stekkers":


stekkers form of stekker:

stekker [de ~ (m)] nomen

  1. de stekker (steekcontact; stekkertje)
    la fiche; la prise mâle; la prise

Translation Matrix for stekker:

NounRelated TranslationsOther Translations
fiche steekcontact; stekker; stekkertje fiche; keuze-item; stop; zekering
prise steekcontact; stekker; stekkertje aangrijpen; aanklampen; aanpakken; aanvatten; beetnemen; beetpakken; bekruipen; bemachtiging; besluipen; greep; houvast; inneming; looprek; onderschepping; ondersteuning; oor; oor van een kopje; opname; opvang; overweldiging; steun; vangst; vastpakken; verovering
prise mâle steekcontact; stekker; stekkertje

Related Words for "stekker":


Related Definitions for "stekker":

  1. voorwerp aan het eind van elektriciteitsdraad1
    • stop de stekker in het stopcontact1

Wiktionary Translations for stekker:

stekker
noun
  1. Traductions à trier suivant le sens

Cross Translation:
FromToVia
stekker connecteur; prise jack; jack jack — surface mounted connector
stekker fiche plug — electric connecting device