Dutch

Detailed Translations for stilheid from Dutch to French

stilheid:

stilheid [de ~ (v)] nomen

  1. de stilheid (stilte; kalmte)
    le silence; la sérénité; la tranquillité; le calme; la quiétude; la paix; l'animation

Translation Matrix for stilheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
animation kalmte; stilheid; stilte agitatie; animatie; beroering; bevlogenheid; bezieling; drukte; enthousiasme; gedrang; geestdrift; gewoel; levendigheid; ongedurigheid; onrust; toeloop; toevloed
calme kalmte; stilheid; stilte bedaardheid; geduld; gelijkmatigheid; gelijkmoedigheid; gemak; gemoedsrust; gerustheid; kalmheid; kalmte; nuchterheid; onverstoorbaarheid; rust; rustigheid; sereniteit; vrede; vredessituatie; vredigheid; windstilte
paix kalmte; stilheid; stilte gemoedsrust; gerustheid; kalmte; rust; sereniteit; stiltes; vrede; vredessituatie; vredestijd; vredigheid
quiétude kalmte; stilheid; stilte kalmte; rust; vredigheid
silence kalmte; stilheid; stilte discretie; geheimhouding; kiesheid; stilzwijgen; stilzwijgendheid; zwijgen; zwijgzaamheid
sérénité kalmte; stilheid; stilte gelijkmatigheid; gelijkmoedigheid; gemoedsrust; gerustheid; kalmte; luciditeit; onverstoorbaarheid; rust; sereniteit; vredigheid
tranquillité kalmte; stilheid; stilte gemoedsrust; gerustheid; kalmte; rust; rustigheid; sereniteit; vrede; vredigheid
ModifierRelated TranslationsOther Translations
calme bedaard; berustend; gedeisd; gelaten; gelijkmoedig; kalm; kalmpjes; koel; koud; lijdelijk; onaangedaan; onberoerd; onbewogen; ongehinderd; ongemoeid; ongestoord; onverstoord; rustig; rustig aan; rustigjes; sereen; stil; stilletjes aan; vrijuit; windstil

Related Words for "stilheid":


stil:

stil adj

  1. stil (stilzwijgend; zwijgend)
  2. stil (sereen; rustig; vreedzaam; )
  3. stil (geluidloos; ongezien; ongemerkt; )
  4. stil (gedeisd; rustig; bedaard; kalm)
  5. stil (zonder geluid; geluidloos)
  6. stil (taciturn; gesloten; zwijgend; zwijgzaam; weinig spraakzaam)

Translation Matrix for stil:

NounRelated TranslationsOther Translations
calme bedaardheid; geduld; gelijkmatigheid; gelijkmoedigheid; gemak; gemoedsrust; gerustheid; kalmheid; kalmte; nuchterheid; onverstoorbaarheid; rust; rustigheid; sereniteit; stilheid; stilte; vrede; vredessituatie; vredigheid; windstilte
clandestin onderduiker
renfermé bedomptheid
secret discretie; geheim; geheimhouding; geheimzinnigheid; heimelijkheid; kiesheid; mysterie; stiekemheid; verborgenheid; verholenheid
silencieux demper; geluiddemper; klankdemper; knaldemper; knalpotten; sourdine; uitlaten
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
caché geluidloos; geruisloos; ongemerkt; ongezien; stil; stilletjes; zachtjes bedekt; cryptisch; heimelijk; in 't geniep; in het geniep; onderhuids; onopgemerkt; sluimerend; steels; stiekem; verbloemd; verborgen; verborgen aanwezig zijn; verdekt; verdoezeld; verholen; verhuld; verscholen; verstolen
silencieux bedaard; gedeisd; geluidloos; geruisloos; gesloten; kalm; ongemerkt; ongezien; rustig; stil; stilletjes; stilzwijgend; taciturn; weinig spraakzaam; zachtjes; zonder geluid; zwijgend; zwijgzaam Stil; in 't geniep; klankloos
- onbeweeglijk
ModifierRelated TranslationsOther Translations
atone geluidloos; geruisloos; ongemerkt; ongezien; stil; stilletjes; zachtjes; zonder geluid toonloos; zonder toon
calme bedaard; gedeisd; kalm; rustig; stil bedaard; berustend; gelaten; gelijkmoedig; kalm; kalmpjes; koel; koud; lijdelijk; onaangedaan; onberoerd; onbewogen; ongehinderd; ongemoeid; ongestoord; onverstoord; rustig; rustig aan; rustigjes; sereen; stilletjes aan; vrijuit; windstil
clandestin geluidloos; geruisloos; ongemerkt; ongezien; stil; stilletjes; zachtjes achterbaks; bedekt; clandestien; doortrapt; geheim; geniepig; gluiperig; heimelijk; illegaal; in 't geniep; in het geheim; in het geniep; listig; onder de grond; onderaards; ondergronds; ongeoorloofd; onopgemerkt; onrechtmatig; onwetmatig; onwettelijk; onwettig; op steelse wijze; slinks; snood; steels; steelsgewijze; stiekem; stilletjes; tersluiks; verbloemd; verboden; verboden bij de wet; verborgen; verdoezeld; verholen; verhuld; verscholen; verstolen; wederrechtelijk
en silence geluidloos; stil; stilzwijgend; zonder geluid; zwijgend
fermé gesloten; stil; taciturn; weinig spraakzaam; zwijgend; zwijgzaam afgesloten; dicht; dicht zijn; gesloten; op slot; potdicht; toe
feutré geluidloos; geruisloos; ongemerkt; ongezien; stil; stilletjes; zachtjes in 't geniep; viltachtig; vilten; viltig
inaperçu geluidloos; geruisloos; ongemerkt; ongezien; stil; stilletjes; zachtjes heimelijk; in 't geniep; ongemerkt; onopgemerkt; stilletjes; zonder op te vallen
insonore geluidloos; geruisloos; ongemerkt; ongezien; stil; stilletjes; zachtjes; zonder geluid geluiddempend
muet geluidloos; geruisloos; ongemerkt; ongezien; stil; stilletjes; stilzwijgend; zachtjes; zonder geluid; zwijgend beduusd; ontdaan; onthutst; ontsteld; ontzet; overbluft; paf; perplex; sprakeloos; stom; stomverbaasd; verbaasd; verbouwereerd; zwijgend
peu bavard gesloten; stil; taciturn; weinig spraakzaam; zwijgend; zwijgzaam
placide bedaard; kalm; kalmpjes; rustig; sereen; stil; vredig; vreedzaam bedaard; gelijkmoedig; kalm; onderkoeld; rustig
placidement bedaard; kalm; kalmpjes; rustig; sereen; stil; vredig; vreedzaam kalmpjes; rustig; rustig aan; stilletjes aan
renfermé gesloten; stil; taciturn; weinig spraakzaam; zwijgend; zwijgzaam
réservé gesloten; stil; taciturn; weinig spraakzaam; zwijgend; zwijgzaam afstandelijk; bescheiden; besproken; discreet; discrete; geheimzinnig; gematigd; gereserveerd; gesloten; getemperd; ingetogen; ingetrokken; kies; koel; koud; nuchter; onbuigzaam; onverzettelijk; opzijgezet; stemmig; stijfkoppig; stug; taai; terughoudend; terughoudende; zakelijk
sans bruit geluidloos; geruisloos; ongemerkt; ongezien; stil; stilletjes; stilzwijgend; zachtjes; zonder geluid; zwijgend doodstil; in 't geniep; muisstil
sans mot dire geluidloos; stil; stilzwijgend; zonder geluid; zwijgend
secret geluidloos; geruisloos; gesloten; ongemerkt; ongezien; stil; stilletjes; taciturn; weinig spraakzaam; zachtjes; zwijgend; zwijgzaam achterbaks; bedekt; cryptisch; doortrapt; geheim; geheimzinnig; geniepig; gluiperig; heimelijk; in 't geniep; in het geheim; in het geniep; listig; mysterieus; onder de grond; onderaards; ondergronds; onderhuids; op steelse wijze; raadselachtig; slinks; sluimerend; snood; steels; steelsgewijze; stiekem; stilletjes; tersluiks; verbloemd; verborgen; verborgen aanwezig zijn; verdoezeld; verholen; verhuld; verscholen; verstolen
serein bedaard; gedeisd; geluidloos; kalm; kalmpjes; rustig; sereen; stil; vredig; vreedzaam; zonder geluid bedaard; berustend; gelaten; gelijkmoedig; goedgehumeurd; goedgeluimd; kalm; kalmpjes; klare; lijdelijk; onbewogen; onderkoeld; opgewekt; rustig; rustig aan; sereen; stilletjes aan; welgemoed; welgestemd
sereine bedaard; kalm; kalmpjes; rustig; sereen; stil; vredig; vreedzaam
sereinement bedaard; geluidloos; kalm; kalmpjes; rustig; sereen; stil; vredig; vreedzaam; zonder geluid kalmpjes; rustig; rustig aan; stilletjes aan
silencieusement geluidloos; geruisloos; ongemerkt; ongezien; stil; stilletjes; stilzwijgend; zachtjes; zonder geluid; zwijgend heimelijk; in 't geniep; onderhands; stilletjes
taciturne geluidloos; gesloten; stil; stilzwijgend; taciturn; weinig spraakzaam; zonder geluid; zwijgend; zwijgzaam geheimzinnig; gereserveerd; gesloten; ingetogen; koel; onbuigzaam; onverzettelijk; stijfkoppig; stug; taai; terughoudend; terughoudende; zwijgzaam
tranquille bedaard; gedeisd; geluidloos; kalm; rustig; stil; stilzwijgend; zonder geluid; zwijgend bedaard; gelijkmoedig; gerust; kalm; kalmpjes; koel; koud; luchthartig; onaangedaan; onbekommerd; onberoerd; onbesuisd; onbewogen; onbezorgd; ongehinderd; ongemoeid; ongestoord; onverstoord; rustig; rustig aan; rustige; sereen; stilletjes aan; vrijuit; zorgeloos
tranquillement geluidloos; stil; stilzwijgend; zonder geluid; zwijgend bedaard; gelijkmoedig; gemoedereerd; gerust; kalm; kalmpjes; luchthartig; onbekommerd; onbesuisd; onbewogen; onbezorgd; rustig; rustig aan; sereen; stilletjes aan; zorgeloos

Related Words for "stil":


Synonyms for "stil":


Antonyms for "stil":


Related Definitions for "stil":

  1. wie of wat niet beweegt1
    • zit toch eens stil!1
  2. met weinig of geen geluid1
    • wij wonen in een stille straat1
  3. verborgen, stiekem1
    • zij heeft een stille aanbidder1

Wiktionary Translations for stil:

stil
adjective
  1. Qui est paisible, calme, sans agitation.

Cross Translation:
FromToVia
stil muette; muet; silencieux; silencieuse; mutique mute — silent, not making a sound
stil calme; silencieux quiet — with little sound
stil silencieux; discret quiet — not talking
stil calme; immobile still — not moving