Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. supporters:
  2. supporter:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for supporters from Dutch to French

supporters:

supporters [de ~] nomen, plural

  1. de supporters (fans; aanhang; volgers)
    le fans; le supporters; l'adeptes

Translation Matrix for supporters:

NounRelated TranslationsOther Translations
adeptes aanhang; fans; supporters; volgers
fans aanhang; fans; supporters; volgers
supporters aanhang; fans; supporters; volgers discipelen; volgelingen

Related Words for "supporters":


supporter:

supporter [de ~ (m)] nomen

  1. de supporter (aanhanger; fan)
    le supporter; le fan; l'adepte

Translation Matrix for supporter:

NounRelated TranslationsOther Translations
adepte aanhanger; fan; supporter aanhanger; discipel; navolger; volgeling; volger
fan aanhanger; fan; supporter
supporter aanhanger; fan; supporter voorstander
VerbRelated TranslationsOther Translations
supporter aanhouden; doorgaan; doorleven; doorstaan; doorzetten; dragen; dulden; gedogen; harden; lijden; standhouden; tolereren; uithouden; uitzingen; velen; verdragen; verduren; verteren; volharden; volhouden; voortbestaan; voortduren
ModifierRelated TranslationsOther Translations
adepte adept; ingewijd

Related Words for "supporter":


Related Definitions for "supporter":

  1. wie een club aanmoedigt bij wedstrijden1
    • ome Dirk is supporter van Feijenoord1

Wiktionary Translations for supporter:

supporter
noun
  1. iemand die een bepaalde club steunt