Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. trivialiteit:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for trivialiteit from Dutch to French

trivialiteit:

trivialiteit [de ~ (v)] nomen

  1. de trivialiteit
    la banalité; la platitude; la trivialité

Translation Matrix for trivialiteit:

NounRelated TranslationsOther Translations
banalité trivialiteit afknapper; alledaagsheid; banaliteit; cliché; dooddoener; gemeenplaats; gewoonheid; ontgoocheling; platheid; platitude; platvloersheid; vulgariteit
platitude trivialiteit banaliteit; platheid; platvloersheid; vulgariteit
trivialité trivialiteit banaliteit; platheid; platvloersheid; vulgariteit

Related Words for "trivialiteit":

  • trivialiteiten

Wiktionary Translations for trivialiteit:

trivialiteit
noun
  1. gewoonheid, alledaagsheid