Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. uitgaansdagen:
  2. uitgaansdag:


Dutch

Detailed Translations for uitgaansdagen from Dutch to French

uitgaansdagen:

uitgaansdagen [de ~] nomen, plural

  1. de uitgaansdagen
    le jours de sortie

Translation Matrix for uitgaansdagen:

NounRelated TranslationsOther Translations
jours de sortie uitgaansdagen

Related Words for "uitgaansdagen":


uitgaansdag:

uitgaansdag [de ~ (m)] nomen

  1. de uitgaansdag
    le jour de congé; le jour de sortie

Translation Matrix for uitgaansdag:

NounRelated TranslationsOther Translations
jour de congé uitgaansdag snipperdag; vakantie; vakantiedag; verlof; verlofdag; verlofjaar; verloftijd; vrije dag
jour de sortie uitgaansdag

Related Words for "uitgaansdag":