Dutch
Detailed Synonyms for herstellen in Dutch
herstellen:
-
herstellen
herstellen; in orde brengen; in orde maken-
in orde brengen verb (breng in orde, brengt in orde, bracht in orde, brachten in orde, in orde gebarcht)
-
herstellen
-
herstellen
-
herstellen
-
herstellen
-
herstellen
-
herstellen
– een schok verwerken 1 -
herstellen
– weer gezond worden 1 -
herstellen
– weer in orde brengen, zorgen dat het heel wordt 1
Conjugations for herstellen:
o.t.t.
- herstel
- herstelt
- herstelt
- herstellen
- herstellen
- herstellen
o.v.t.
- herstelde
- herstelde
- herstelde
- herstelden
- herstelden
- herstelden
v.t.t.
- heb hersteld
- hebt hersteld
- heeft hersteld
- hebben hersteld
- hebben hersteld
- hebben hersteld
v.v.t.
- had hersteld
- had hersteld
- had hersteld
- hadden hersteld
- hadden hersteld
- hadden hersteld
o.t.t.t.
- zal herstellen
- zult herstellen
- zal herstellen
- zullen herstellen
- zullen herstellen
- zullen herstellen
o.v.t.t.
- zou herstellen
- zou herstellen
- zou herstellen
- zouden herstellen
- zouden herstellen
- zouden herstellen
en verder
- ben hersteld
- bent hersteld
- is hersteld
- zijn hersteld
- zijn hersteld
- zijn hersteld
diversen
- herstel!
- herstelt!
- hersteld
- herstellend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Related Words for "herstellen":
Alternate Synonyms for "herstellen":
Antonyms for "herstellen":
Related Definitions for "herstellen":
herstellen form of herstel:
-
het herstel
-
het herstel