Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. omroepers:
  2. omroeper:


Dutch

Detailed Synonyms for omroepers in Dutch

omroepers:

omroepers [de ~] nomen, plural

  1. de omroepers
    de omroepers

Related Words for "omroepers":


omroeper:

omroeper [de ~ (m)] nomen

  1. de omroeper
    de omroepster; de omroeper
  2. de omroeper
    de omroeper

Related Words for "omroeper":