Dutch

Detailed Synonyms for rest in Dutch

rest:

rest [de ~] nomen

  1. de rest
    het overblijfsel; de rest; de restant; het overgeblevene; laatste rest; het overschot
  2. de rest
    het surplus; het teveel; het overschot; het agio; de rest; het exces
  3. de rest
    de rest; het overblijfsel

Related Words for "rest":


rest form of resten:

resten [de ~] nomen, plural

  1. de resten
    de resten; de overschotten

Related Words for "resten":


Related Synonyms for rest