Dutch
Detailed Synonyms for stoffig zijn in Dutch
stoffig zijn:
-
stoffig zijn
Conjugations for stoffig zijn:
o.t.t.
- ben stoffig
- bent stoffig
- bent stoffig
- zijn stoffig
- zijn stoffig
- zijn stoffig
o.v.t.
- was stoffig
- was stoffig
- was stoffig
- waren stoffig
- waren stoffig
- waren stoffig
v.t.t.
- ben stoffig geweest
- bent stoffig geweest
- is stoffig geweest
- zijn stoffig geweest
- zijn stoffig geweest
- zijn stoffig geweest
v.v.t.
- was stoffig geweest
- was stoffig geweest
- was stoffig geweest
- waren stoffig geweest
- waren stoffig geweest
- waren stoffig geweest
o.t.t.t.
- zal stoffig zijn
- zult stoffig zijn
- zal stoffig zijn
- zullen stoffig zijn
- zullen stoffig zijn
- zullen stoffig zijn
o.v.t.t.
- zou stoffig zijn
- zou stoffig zijn
- zou stoffig zijn
- zouden stoffig zijn
- zouden stoffig zijn
- zouden stoffig zijn
diversen
- ben stoffig!
- bent stoffig!
- stoffig geweest
- stoffig zijnd
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze