Dutch
Detailed Synonyms for wraak in Dutch
wraak:
-
de wraak
Related Words for "wraak":
wraak form of wraken:
-
wraken
Conjugations for wraken:
o.t.t.
- wraak
- wraakt
- wraakt
- wraken
- wraken
- wraken
o.v.t.
- wraakte
- wraakte
- wraakte
- wraakten
- wraakten
- wraakten
v.t.t.
- heb gewraakt
- hebt gewraakt
- heeft gewraakt
- hebben gewraakt
- hebben gewraakt
- hebben gewraakt
v.v.t.
- had gewraakt
- had gewraakt
- had gewraakt
- hadden gewraakt
- hadden gewraakt
- hadden gewraakt
o.t.t.t.
- zal wraken
- zult wraken
- zal wraken
- zullen wraken
- zullen wraken
- zullen wraken
o.v.t.t.
- zou wraken
- zou wraken
- zou wraken
- zouden wraken
- zouden wraken
- zouden wraken
diversen
- wraak!
- wraakt!
- gewraakt
- wrakend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze