Summary


Dutch

Detailed Translations for minuscuul from Dutch to Swedish

minuscuul:


Translation Matrix for minuscuul:

NounRelated TranslationsOther Translations
ringa bellen; opbellen
VerbRelated TranslationsOther Translations
ringa aanbellen; bellen; door de telefoon praten; iemand opbellen; kiezen; kletteren; klingelen; opbellen; overgaan; rammelen; rinkelen; telefoneren; telefoontje plegen; tingelen; tinkelen
OtherRelated TranslationsOther Translations
ringa draaiend kiezen; kiezen
ModifierRelated TranslationsOther Translations
knapphändig minuscuul; zeer klein
knapphändigt minuscuul; zeer klein
knappt minuscuul; zeer klein eng; krap; met weinig ruimte; nauw; smal; smalletjes; van geringe breedte
knappt tilltagen minuscuul; zeer klein
ringa minuscuul; zeer klein
snålt tilltaget minuscuul; zeer klein

Related Words for "minuscuul":

  • minuscule

Wiktionary Translations for minuscuul:


Cross Translation:
FromToVia
minuscuul väldigt lite; mycket lite minute — very small
minuscuul liten small — not large
minuscuul jätteliten tiny — very small
minuscuul liten petit — De taille réduite.