Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. schaarste:


Dutch

Detailed Translations for schaarste from Dutch to Swedish

schaarste:

schaarste [de ~ (v)] nomen

  1. de schaarste (gebrek; schaarsheid; tekort; krapte)
    knapphet; brist; avsaknad
  2. de schaarste
    brist

Translation Matrix for schaarste:

NounRelated TranslationsOther Translations
avsaknad gebrek; krapte; schaarsheid; schaarste; tekort behoefte; gebrek; gemis
brist gebrek; krapte; schaarsheid; schaarste; tekort behoefte; gebrek; gemis; kwaaltje; manco; noodlijdendheid; nulvoorraad; ontstentenis; tekort; tekortkoming
knapphet gebrek; krapte; schaarsheid; schaarste; tekort