Dutch
Detailed Translations for ten doel hebben from Dutch to Swedish
ten doel hebben:
Translation Matrix for ten doel hebben:
Verb | Related Translations | Other Translations |
ha avsiktet | bedoelen; beogen; ten doel hebben | van plan zijn |
sikta på | bedoelen; beogen; ten doel hebben | aansturen op; bedoelen; doel beogen; ergens iets mee willen zeggen; gericht werpen; ijveren; mikken; streven; viseren |
sträva efter | bedoelen; beogen; ten doel hebben | aansturen op; ambiëren; doel beogen; najagen; nastreven; trachten te verkrijgen; vervolgen; viseren |
tänka | bedoelen; beogen; ten doel hebben | nadenken; peinzen; piekeren; plussen; prakkiseren; van plan zijn |