Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. tingel:
  2. tingelen:


Dutch

Detailed Translations for tingel from Dutch to Swedish

tingel:

tingel [znw.] nomen

  1. tingel (tengel)
    skrammel; pinglande

Translation Matrix for tingel:

NounRelated TranslationsOther Translations
pinglande tengel; tingel gerinkel
skrammel tengel; tingel klepper; ratel

Related Words for "tingel":


tingel form of tingelen:

tingelen verb (tingel, tingelt, tingelde, tingelden, getingeld)

  1. tingelen (tinkelen; rinkelen; klingelen)
    ringa; klinga; klanga
    • ringa verb (ringar, ringade, ringat)
    • klinga verb (klingar, klingade, klingat)
    • klanga verb (klangar, klangade, klangat)

Conjugations for tingelen:

o.t.t.
  1. tingel
  2. tingelt
  3. tingelt
  4. tingelen
  5. tingelen
  6. tingelen
o.v.t.
  1. tingelde
  2. tingelde
  3. tingelde
  4. tingelden
  5. tingelden
  6. tingelden
v.t.t.
  1. heb getingeld
  2. hebt getingeld
  3. heeft getingeld
  4. hebben getingeld
  5. hebben getingeld
  6. hebben getingeld
v.v.t.
  1. had getingeld
  2. had getingeld
  3. had getingeld
  4. hadden getingeld
  5. hadden getingeld
  6. hadden getingeld
o.t.t.t.
  1. zal tingelen
  2. zult tingelen
  3. zal tingelen
  4. zullen tingelen
  5. zullen tingelen
  6. zullen tingelen
o.v.t.t.
  1. zou tingelen
  2. zou tingelen
  3. zou tingelen
  4. zouden tingelen
  5. zouden tingelen
  6. zouden tingelen
en verder
  1. ben getingeld
  2. bent getingeld
  3. is getingeld
  4. zijn getingeld
  5. zijn getingeld
  6. zijn getingeld
diversen
  1. tingel!
  2. tingelt!
  3. getingeld
  4. tingelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for tingelen:

NounRelated TranslationsOther Translations
klinga blad van een roeispaan
ringa bellen; opbellen
VerbRelated TranslationsOther Translations
klanga klingelen; rinkelen; tingelen; tinkelen
klinga klingelen; rinkelen; tingelen; tinkelen kletteren; rammelen; schellen
ringa klingelen; rinkelen; tingelen; tinkelen aanbellen; bellen; door de telefoon praten; iemand opbellen; kiezen; kletteren; opbellen; overgaan; rammelen; telefoneren; telefoontje plegen
OtherRelated TranslationsOther Translations
ringa draaiend kiezen; kiezen
ModifierRelated TranslationsOther Translations
ringa minuscuul; zeer klein

Related Words for "tingelen":


External Machine Translations: