Home ->Dictionaries ->Dutch/Swedish ->Search: slot

Dutch and Swedish Search Results for: slot

Summary

Dutch to Swedish: more detail...

slot:
- dörrlås; avslutning; slut; avslutande; slott; cykellås
Wiktionary:
- slot → lås, slott
- slot → befästning, borg, slott, fästning, regel, hasp, lås, häkta

Dutch

Detailed Translations for slot from Dutch to Swedish

slot:

slot [het ~] nomen

het slot (deurslot)
dörrlås
- dörrlås nomen
het slot (beëindiging; sluiting; einde)
avslutning; slut; avslutande
- avslutning [-en] nomen
- slut [-ett] nomen
- avslutande nomen
het slot (burcht; kasteel)
slott
- slott [-ett] nomen
het slot (fietsslot)
cykellås
- cykellås [-ett] nomen

Translation Matrix for slot:

Noun	Related Translations	Other Translations
avslutande	beëindiging; einde; slot; sluiting	afmaken; afwerken
avslutning	beëindiging; einde; slot; sluiting	afdoening; afhandeling; completering; conclusie; eindsom; gevolgtrekking; slotsom; staartstuk; stuit; voltooiing
cykellås	fietsslot; slot
dörrlås	deurslot; slot
slott	burcht; kasteel; slot	burchten; citadel; kasteel; kastelen; ridderkasteel; ridderslot; sloten; vestingen
slut	beëindiging; einde; slot; sluiting	conclusie; einde; eindsom; end; finale; gevolgtrekking; slotsom; staarteinde; staartstuk; stuit
-	eind
Modifier	Related Translations	Other Translations
avslutande		afsluitend; concluderend; ter afsluiting
slut		afgemat; beu; dodelijk vermoeid; doodmoe; doodop; hondsmoe; op; uitgeput

Related Words for "slot":

sloten

Synonyms for "slot":

eind

Antonyms for "slot":

aanvang; begin; start

Related Definitions for "slot":

het laatste gedeelte van iets¹
- aan het slot van de show trad Paul de Leeuw op¹
groot kasteel¹
- het slot Loevestein¹
onderdeel waar je iets mee sluit¹
- in het slot van de deur past een sleutel¹

Wiktionary Translations for slot:

slot

noun

mechanisme waarmee in combinatie met een sleutel een deur of een raam kan worden afgesloten
- slot → lås
een middeleeuwse versterkte woning
- slot → slott

Cross Translation:

From	To	Via
• slot	→ befästning; borg; slott; fästning	↔ castle — fortified building
• slot	→ regel; hasp	↔ latch — fastening for a door
• slot	→ lås	↔ lock — something used for fastening
• slot	→ lås	↔ Schloss — Pl.1 an einen Zugang montierte Schließeinrichtung
• slot	→ slott	↔ Schloss — Pl.1 prunkvolles und repräsentatives Wohngebäude, meistens von Adelsfamilien
• slot	→ häkta	↔ agrafe — Sorte de crochet qui passer dans un anneau appeler porte et qui sert à attacher ensemble différentes choses.
• slot	→ borg; slott	↔ château — Forteresse entourée de tours et de bastions
• slot	→ häkta	↔ fermoir — Sorte de fermeture, serrure ou ressort s’appliquer à certains objets, tels que livres, colliers, bracelets, médaillons, coffrets, etc.
• slot	→ lås	↔ serrure — serrurerie\|fr mécanisme permettant de maintenir fermer une porte, un panneau, un vantail, etc., au moyen d’une clé.

Related Translations for slot

¹Muiswerk Woordenboek