Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. vasthoudendheid:
  2. vasthoudend:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for vasthoudendheid from Dutch to Swedish

vasthoudendheid:

vasthoudendheid [de ~ (v)] nomen

  1. de vasthoudendheid (volharding; aanhouden; uithouding; taaiheid; volhardendheid)
  2. de vasthoudendheid (doorzettingsvermogen; volharding)

Translation Matrix for vasthoudendheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
enträgenhet aanhouden; taaiheid; uithouding; vasthoudendheid; volhardendheid; volharding
fortsättning aanhouden; taaiheid; uithouding; vasthoudendheid; volhardendheid; volharding voortduring
framhärdad doorzettingsvermogen; vasthoudendheid; volharding
uthållande aanhouden; taaiheid; uithouding; vasthoudendheid; volhardendheid; volharding

Related Words for "vasthoudendheid":


Wiktionary Translations for vasthoudendheid:


Cross Translation:
FromToVia
vasthoudendheid ihärdighet perseverance — persistent determination to adhere to a course of action; insistence

vasthoudend: