Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. alcohol:
  2. Alcohol:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for alcohol from Dutch to Swedish

alcohol:

alcohol [de ~ (m)] nomen

  1. de alcohol (spiritualiën; drank; opkikkertjes; )
    alkohol; spirituosa; starkvaror; våtvaror; sprit; rusmedel
  2. de alcohol (sterke drank; drank)
    sprit
  3. de alcohol (wijngeest)
    alkohol

Translation Matrix for alcohol:

NounRelated TranslationsOther Translations
alkohol alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank; wijngeest Alcohol
rusmedel alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank
spirituosa alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank
sprit alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank brandewijn; gedistilleerde drank; gestookte alcohol; spirits; spiritus
starkvaror alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank
våtvaror alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank

Related Words for "alcohol":

  • alcoholen

Related Definitions for "alcohol":

  1. stof die in dranken zit en waar je dronken van kunt worden1
    • ik wil een biertje zonder alcohol1

Wiktionary Translations for alcohol:

alcohol
noun
  1. een groep koolwaterstoffen die gekenmerkt zijn door de aanwezigheid van een -O-H-verbinding

Cross Translation:
FromToVia
alcohol alkohol alcohol — organic chemistry sense
alcohol alkohol AlkoholChemie: Bezeichnung für eine Kohlenstoffverbindung mit mindestens einer Hydroxylgruppe als funktionelle Gruppe
alcohol alkohol; sprit alcool — (term, Pharmacie ancienne) poudre très fine.

Alcohol:

Alcohol

  1. Alcohol
    alkohol

Translation Matrix for Alcohol:

NounRelated TranslationsOther Translations
alkohol Alcohol alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank; wijngeest

Related Translations for alcohol