Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. ruimen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for ruimen from Dutch to Swedish

ruimen:

ruimen verb (ruim, ruimt, ruimde, ruimden, geruimd)

  1. ruimen
    röja upp; röja undan
    • röja upp verb (röjer upp, röjde upp, röjt upp)
    • röja undan verb (röjer undan, röjde undan, röjt undan)

Conjugations for ruimen:

o.t.t.
  1. ruim
  2. ruimt
  3. ruimt
  4. ruimen
  5. ruimen
  6. ruimen
o.v.t.
  1. ruimde
  2. ruimde
  3. ruimde
  4. ruimden
  5. ruimden
  6. ruimden
v.t.t.
  1. heb geruimd
  2. hebt geruimd
  3. heeft geruimd
  4. hebben geruimd
  5. hebben geruimd
  6. hebben geruimd
v.v.t.
  1. had geruimd
  2. had geruimd
  3. had geruimd
  4. hadden geruimd
  5. hadden geruimd
  6. hadden geruimd
o.t.t.t.
  1. zal ruimen
  2. zult ruimen
  3. zal ruimen
  4. zullen ruimen
  5. zullen ruimen
  6. zullen ruimen
o.v.t.t.
  1. zou ruimen
  2. zou ruimen
  3. zou ruimen
  4. zouden ruimen
  5. zouden ruimen
  6. zouden ruimen
diversen
  1. ruim!
  2. ruimt!
  3. geruimd
  4. ruimend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for ruimen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
röja undan ruimen opbergen; wegbergen
röja upp ruimen opbergen; wegbergen

Wiktionary Translations for ruimen:


Cross Translation:
FromToVia
ruimen inreda réglertirer avec la règle des lignes droites sur du papier, du parchemin, du carton, etc. cf|papier réglé.

Related Translations for ruimen