Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. verkruimelen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for verkruimelen from Dutch to Swedish

verkruimelen:

verkruimelen verb (verkruimel, verkruimelt, verkruimelde, verkruimelden, verkruimeld)

  1. verkruimelen (verbrokkelen)
    skrumpna
    • skrumpna verb (skrumpnar, skrumpnade, skrumpnat)

Conjugations for verkruimelen:

o.t.t.
  1. verkruimel
  2. verkruimelt
  3. verkruimelt
  4. verkruimelen
  5. verkruimelen
  6. verkruimelen
o.v.t.
  1. verkruimelde
  2. verkruimelde
  3. verkruimelde
  4. verkruimelden
  5. verkruimelden
  6. verkruimelden
v.t.t.
  1. heb verkruimeld
  2. hebt verkruimeld
  3. heeft verkruimeld
  4. hebben verkruimeld
  5. hebben verkruimeld
  6. hebben verkruimeld
v.v.t.
  1. had verkruimeld
  2. had verkruimeld
  3. had verkruimeld
  4. hadden verkruimeld
  5. hadden verkruimeld
  6. hadden verkruimeld
o.t.t.t.
  1. zal verkruimelen
  2. zult verkruimelen
  3. zal verkruimelen
  4. zullen verkruimelen
  5. zullen verkruimelen
  6. zullen verkruimelen
o.v.t.t.
  1. zou verkruimelen
  2. zou verkruimelen
  3. zou verkruimelen
  4. zouden verkruimelen
  5. zouden verkruimelen
  6. zouden verkruimelen
diversen
  1. verkruimel!
  2. verkruimelt!
  3. verkruimeld
  4. verkruimelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verkruimelen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
skrumpna verbrokkelen; verkruimelen inkrimpen; krimpen; slinken
ModifierRelated TranslationsOther Translations
skrumpna verfrommeld

Wiktionary Translations for verkruimelen:


Cross Translation:
FromToVia
verkruimelen sönderdela; dissocier dissocierséparer des éléments qui étaient associés.
verkruimelen lösa résoudre — Décomposer un corps en ses éléments.