Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. staartstuk:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for staartstuk from Dutch to Swedish

staartstuk:

staartstuk [het ~] nomen

  1. het staartstuk (stuit)
    slut; avslutning; slutstycke; slutkläm
  2. het staartstuk (stuk dat de staart uitmaakt)

Translation Matrix for staartstuk:

NounRelated TranslationsOther Translations
avslutning staartstuk; stuit afdoening; afhandeling; beëindiging; completering; conclusie; einde; eindsom; gevolgtrekking; slot; slotsom; sluiting; voltooiing
slut staartstuk; stuit beëindiging; conclusie; einde; eindsom; end; finale; gevolgtrekking; slot; slotsom; sluiting; staarteinde
slutkläm staartstuk; stuit
slutstycke staartstuk; stuit finale; laatste opvoering; slotstuk; sluitstuk
svansbit staartstuk; stuk dat de staart uitmaakt
svansstump staartstuk; stuk dat de staart uitmaakt
ModifierRelated TranslationsOther Translations
slut afgemat; beu; dodelijk vermoeid; doodmoe; doodop; hondsmoe; op; uitgeput

Related Words for "staartstuk":


Wiktionary Translations for staartstuk:


Cross Translation:
FromToVia
staartstuk stjärt tail — rear of an aircraft
staartstuk arsle; arsel; röv; häck Arschumgangssprachlich, vulgär: für Hinterteil, Po, Gesäß