Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. aankruipen:


Dutch

Detailed Translations for aankruipen from Dutch to Swedish

aankruipen:

aankruipen verb (kruip aan, kruipt aan, kroop aan, kropen aan, aangekropen)

  1. aankruipen
    krypa
    • krypa verb (kryper, kröpp, krupit)

Conjugations for aankruipen:

o.t.t.
  1. kruip aan
  2. kruipt aan
  3. kruipt aan
  4. kruipen aan
  5. kruipen aan
  6. kruipen aan
o.v.t.
  1. krrop aan
  2. kroop aan
  3. kroop aan
  4. kropen aan
  5. kropen aan
  6. kropen aan
v.t.t.
  1. ben aangekropen
  2. bent aangekropen
  3. is aangekropen
  4. zijn aangekropen
  5. zijn aangekropen
  6. zijn aangekropen
v.v.t.
  1. was aangekropen
  2. was aangekropen
  3. was aangekropen
  4. waren aangekropen
  5. waren aangekropen
  6. waren aangekropen
o.t.t.t.
  1. zal aankruipen
  2. zult aankruipen
  3. zal aankruipen
  4. zullen aankruipen
  5. zullen aankruipen
  6. zullen aankruipen
o.v.t.t.
  1. zou aankruipen
  2. zou aankruipen
  3. zou aankruipen
  4. zouden aankruipen
  5. zouden aankruipen
  6. zouden aankruipen
diversen
  1. kruip aan!
  2. kruipt aan!
  3. aangekropen
  4. aankruipende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for aankruipen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
krypa aankruipen