Dutch
Detailed Translations for fabricage from Dutch to Swedish
fabricage:
-
de fabricage (constructie)
-
de fabricage (vervaardiging; maken; productie)
-
de fabricage (productie)
Translation Matrix for fabricage:
Noun | Related Translations | Other Translations |
byggning | constructie; fabricage | |
fabricera | fabricage; maken; productie; vervaardiging | fabrikaat; maaksel; product |
frambringande | fabricage; productie | |
konstruktion | constructie; fabricage | aanleggen; bouw; bouwsector; bouwsel; constructie; frame; geraamte; opbouw; opbouwen; ordening; organisatie; raamwerk; samengesteld geheel; samenstelling; skelet; structuur; systeem |
produktion | fabricage; productie | aanmaak; fabricatie; productie |
Verb | Related Translations | Other Translations |
fabricera | fabriceren; maken; produceren; vervaardigen; voorjokken; voorliegen; voortbrengen |