Summary
Dutch
Detailed Translations for gewinnen from Dutch to Swedish
gewinnen:
-
gewinnen
Translation Matrix for gewinnen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
erhålla | gewinnen | in ontvangst nemen; krijgen; lenen; ontlenen; ontvangen; opstrijken; verkrijgen; verwerven |
förvärva | gewinnen | aanschaffen; aanwennen; acquireren; bemachtigen; eigenmaken; gewend raken; leren; toekomen; toekomen aan; verdiend hebben; verkrijgen |
uppnå | gewinnen | aanschaffen; acquireren; verkrijgen |
vinna | gewinnen | behalen; inhalen; inlopen; lenen; ontlenen; verkrijgen; winnen |
Related Words for "gewinnen":
gewinnen form of gewin:
Translation Matrix for gewin:
Noun | Related Translations | Other Translations |
avans | baat; gewin; profijt; winst | |
avkastning | baat; gewin; profijt; winst | consequentie; gevolg; landbouwopbrengst; oogst; opbrengst; product; rendement; rentabiliteit; uitkomst; uitvloeisel; voortbrengsel; voortvloeisel |
förtjänst | baat; gewin; profijt; winst | benefiet; deugd; merite; verdienste; verdienstelijkheid; voordeeltje; waarde |
profit | baat; gewin; profijt; winst | voordeeltje |
vinning | baat; gewin; profijt; winst | |
vinst | baat; gewin; profijt; winst | oogst; opbrengst; opbrengst van een gewas; product; rendement; rentabiliteit; uitkomst; voordeeltje; voortbrengsel; winst |
överskott | baat; gewin; profijt; winst | agio; batige saldo's; exces; overdaad; overmaat; overschot; overschotten; rest; resten; surplus; teveel |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
överskott | netto |
Related Words for "gewin":
Wiktionary Translations for gewin:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• gewin | → vinst; fördel; gagn | ↔ avantage — Utilité, profit, faveur, bénéfice. |
• gewin | → vinst; vinning | ↔ lucre — profit plus ou moins licite que l'on rechercher dans une entreprise. |