Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. gezichtspunt:


Dutch

Detailed Translations for gezichtspunt from Dutch to Swedish

gezichtspunt:

gezichtspunt [het ~] nomen

  1. het gezichtspunt (zienswijze; opvatting; visie; )
  2. het gezichtspunt (standpunt; zienswijs; perspectief; )
    uppfattning; mening; åsikt; synpunkt

Translation Matrix for gezichtspunt:

NounRelated TranslationsOther Translations
mening gezichtshoek; gezichtspunt; invalshoek; oogpunt; perspectief; standpunt; zienswijs bedoeling; beduidenis; beduiding; belang; betekenis; denkbeeld; doel; dunk; gedachte; gewichtigheid; idee; import; inhoud; intentie; invoer; mening; meningsuiting; mentale voorstelling; moedwil; nut; oordeel; opinie; overtuiging; voornemen; zin
synpunkt gezichtshoek; gezichtspunt; invalshoek; oogpunt; perspectief; standpunt; zienswijs aspect; facet; opzicht
tankesätt denkbeeld; gezichtspunt; idee; interpretatie; inzicht; lezing; mening; oordeel; opinie; opvatting; standpunt; visie; zienswijze bewustzijn; brein; denkrichting; denktrant; denkwijze; gedachtewereld; ideeënwereld; inzicht; manier van denken; rede; verstand
uppfattning gezichtshoek; gezichtspunt; invalshoek; oogpunt; perspectief; standpunt; zienswijs mening; opinie; overtuiging; sjoege
åsikt gezichtshoek; gezichtspunt; invalshoek; oogpunt; perspectief; standpunt; zienswijs begrip; benul; denkbeeld; gedachte; gezindheid; idee; mening; meningsuiting; mentale voorstelling; oordeel; opinie; overtuiging; vaststaande mening

Related Words for "gezichtspunt":

  • gezichtspunten