Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. hobbeligheid:
  2. hobbelig:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for hobbeligheid from Dutch to Swedish

hobbeligheid:

hobbeligheid [znw.] nomen

  1. hobbeligheid (oneffenheid; ruwheid)
    hårdhet; råhet; ojämnhet

Translation Matrix for hobbeligheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
hårdhet hobbeligheid; oneffenheid; ruwheid barsheid; fermheid; ruigheid; stoerheid; verhardheid; verstoktheid
ojämnhet hobbeligheid; oneffenheid; ruwheid bobbel; grofheid; hobbel; hobbeling; oneffenheid; ongelijkheid; opgezwollenheid; ruw van makelij
råhet hobbeligheid; oneffenheid; ruwheid grofheid; guurheid; hardhandigheid; klamheid; ruw van makelij; ruwheid

Related Words for "hobbeligheid":


hobbeligheid form of hobbelig:


Translation Matrix for hobbelig:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
bucklig bobbelig; hobbelig bochelig; bultig; gebocheld
buckligt bobbelig; hobbelig bultig; gebocheld
knöligt bobbelig; hobbelig; oneffen; ongelijkmatig bultig
ojämn hobbelig; oneffen; ongelijkmatig geaccidenteerd
ojämnt bobbelig; hobbelig; oneffen; ongelijkmatig niet glad; ruw
oregelbunden bobbelig; hobbelig
oregelbundet bobbelig; hobbelig apart; buitenissig; excentriek; extravagant; typisch; vreemd

Related Words for "hobbelig":


Antonyms for "hobbelig":


Related Definitions for "hobbelig":

  1. vol bulten in de oppervlakte1
    • op zo'n hobbelig pad kun je niet fietsen1

Wiktionary Translations for hobbelig:


Cross Translation:
FromToVia
hobbelig ojämn; växlingsrik accidenté — Qui offrir des accidents.