Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. kortzichtigheid:
  2. kortzichtig:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for kortzichtigheid from Dutch to Swedish

kortzichtigheid:

kortzichtigheid [de ~ (v)] nomen

  1. de kortzichtigheid
    närsynthet

Translation Matrix for kortzichtigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
närsynthet kortzichtigheid

Related Words for "kortzichtigheid":


Wiktionary Translations for kortzichtigheid:


Cross Translation:
FromToVia
kortzichtigheid kortsiktighet myopia — lack of imagination, discernment or long-range perspective in thinking or planning

kortzichtigheid form of kortzichtig:

kortzichtig adj

  1. kortzichtig (ongenuanceerd)

Translation Matrix for kortzichtig:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
slött kortzichtig; ongenuanceerd bezadigd; dommelig; druilerig; energieloos; futloos; gezapig; lamlendig; landerig; langzaam; lodderig; lui; lusteloos; miezerig; niets doend; slap; slaperig; sloom; stomp; suffig; traag; vadsig; versuft; werkschuw; zouteloos
trubbig kortzichtig; ongenuanceerd stomp
trubbigt kortzichtig; ongenuanceerd botweg; stomp

Related Words for "kortzichtig":


External Machine Translations: