Summary
Dutch
Detailed Translations for lik from Dutch to Swedish
lik:
-
de lik (strafgevangenis; gevangenis; doos; petoet; strafplaats; bak; strafinrichting; spinhuis; nor; bajes)
-
de lik (klodder; kwak; kledder)
Translation Matrix for lik:
Noun | Related Translations | Other Translations |
droppe | kledder; klodder; kwak; lik | borrel; drop; dropping; druppel; kleine slok; neut; slokje; staande receptie |
fängelse | bajes; bak; doos; gevangenis; lik; nor; petoet; spinhuis; strafgevangenis; strafinrichting; strafplaats | |
klick | kledder; klodder; kwak; lik | factie; groepering; klont; klonter |
Other | Related Translations | Other Translations |
slickning | lik; tongveeg |
Related Words for "lik":
lik form of likken:
-
likken (aflikken)
Conjugations for likken:
o.t.t.
- lik
- likt
- likt
- likken
- likken
- likken
o.v.t.
- likte
- likte
- likte
- likten
- likten
- likten
v.t.t.
- heb gelikt
- hebt gelikt
- heeft gelikt
- hebben gelikt
- hebben gelikt
- hebben gelikt
v.v.t.
- had gelikt
- had gelikt
- had gelikt
- hadden gelikt
- hadden gelikt
- hadden gelikt
o.t.t.t.
- zal likken
- zult likken
- zal likken
- zullen likken
- zullen likken
- zullen likken
o.v.t.t.
- zou likken
- zou likken
- zou likken
- zouden likken
- zouden likken
- zouden likken
en verder
- ben gelikt
- bent gelikt
- is gelikt
- zijn gelikt
- zijn gelikt
- zijn gelikt
diversen
- lik!
- likt!
- gelikt
- likkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het likken (aflikken)
-
de likken (gevangenissen; bakken; norren)
Translation Matrix for likken:
Noun | Related Translations | Other Translations |
avslickning | aflikken; likken | |
fängelser | bakken; gevangenissen; likken; norren | |
slick | aflikken; likken | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
klå upp | aflikken; likken | aframmelen; afranselen; afrossen; aftuigen; billekoek geven; een pak slaag geven; iemand toetakelen; in elkaar timmeren; knuppelen; ranselen; toetakelen |
slicka | aflikken; likken | |
slicka av | aflikken; likken |