Dutch
Detailed Translations for losbarsten from Dutch to Swedish
losbarsten:
-
losbarsten (losbreken)
Conjugations for losbarsten:
o.t.t.
- barst los
- barst los
- barst los
- barsten los
- barsten los
- barsten los
o.v.t.
- barstte los
- barstte los
- barstte los
- barstten los
- barstten los
- barstten los
v.t.t.
- ben losgebarsten
- bent losgebarsten
- is losgebarsten
- zijn losgebarsten
- zijn losgebarsten
- zijn losgebarsten
v.v.t.
- was losgebarsten
- was losgebarsten
- was losgebarsten
- waren losgebarsten
- waren losgebarsten
- waren losgebarsten
o.t.t.t.
- zal losbarsten
- zult losbarsten
- zal losbarsten
- zullen losbarsten
- zullen losbarsten
- zullen losbarsten
o.v.t.t.
- zou losbarsten
- zou losbarsten
- zou losbarsten
- zouden losbarsten
- zouden losbarsten
- zouden losbarsten
diversen
- barst los!
- barst los!
- losgebarsten
- losbarstend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for losbarsten:
Verb | Related Translations | Other Translations |
bryta sig fri | losbarsten; losbreken | |
bryta ut | losbarsten; losbreken | losbreken; zich met geweld losbreken |
lösgöra sig | losbarsten; losbreken |
Wiktionary Translations for losbarsten:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• losbarsten | → explodera | ↔ exploser — faire explosion. |