Dutch
Detailed Translations for meevoelend from Dutch to Swedish
meevoelend:
-
meevoelend (medelevend; meelevend; ruimhartig)
Translation Matrix for meevoelend:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
bestämd | medelevend; meelevend; meevoelend; ruimhartig | beslist; besluitvaardig; doortastend; ferm; gedecideerd; klemmend; kordaat; krachtdadig; krachtig; met klem; met nadruk; nadrukkelijk; resoluut; standvastig; uitdrukkelijk; vastberaden |
bestämt | medelevend; meelevend; meevoelend; ruimhartig | bepaald; beslist; doortastend; een zekere; ferm; klemmend; kordaat; krachtdadig; krachtig; met klem; met nadruk; nadrukkelijk; standvastig; uitdrukkelijk |
eftertryckligt | medelevend; meelevend; meevoelend; ruimhartig | eerbiedwekkend; indrukwekkend; klemmend; met klem; met nadruk; nadrukkelijk; nadrukkelijke; uitdrukkelijk |
meevoelend form of meevoelen:
-
meevoelen (meeleven)
Conjugations for meevoelen:
o.t.t.
- voel mee
- voelt mee
- voelt mee
- voelen mee
- voelen mee
- voelen mee
o.v.t.
- voelde mee
- voelde mee
- voelde mee
- voelden mee
- voelden mee
- voelden mee
v.t.t.
- heb meegevoeld
- hebt meegevoeld
- heeft meegevoeld
- hebben meegevoeld
- hebben meegevoeld
- hebben meegevoeld
v.v.t.
- had meegevoeld
- had meegevoeld
- had meegevoeld
- hadden meegevoeld
- hadden meegevoeld
- hadden meegevoeld
o.t.t.t.
- zal meevoelen
- zult meevoelen
- zal meevoelen
- zullen meevoelen
- zullen meevoelen
- zullen meevoelen
o.v.t.t.
- zou meevoelen
- zou meevoelen
- zou meevoelen
- zouden meevoelen
- zouden meevoelen
- zouden meevoelen
diversen
- voel mee!
- voelt mee!
- meegevoeld
- meevoelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for meevoelen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
beklaga | meeleven; meevoelen | rouwklagen |
känna med | meeleven; meevoelen | |
sympatisera med | meeleven; meevoelen | |
tycka synd om | meeleven; meevoelen |