Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. overdruk:
  2. overdrukken:


Dutch

Detailed Translations for overdruk from Dutch to Swedish

overdruk:

overdruk [de ~ (m)] nomen

  1. de overdruk
    övertryck

Translation Matrix for overdruk:

NounRelated TranslationsOther Translations
övertryck overdruk

Related Words for "overdruk":


overdrukken:

overdrukken verb (overdruk, overdrukt, overdrukte, overdrukten, overdrukt)

  1. overdrukken (bedrukken; opdrukken)
    trycka
    • trycka verb (trycker, tryckte, tryckt)
  2. overdrukken
    trycka på
    • trycka på verb (trycker på, tryckte på, tryckt på)
  3. overdrukken

Conjugations for overdrukken:

o.t.t.
  1. overdruk
  2. overdrukt
  3. overdrukt
  4. overdrukken
  5. overdrukken
  6. overdrukken
o.v.t.
  1. overdrukte
  2. overdrukte
  3. overdrukte
  4. overdrukten
  5. overdrukten
  6. overdrukten
v.t.t.
  1. heb overdrukt
  2. hebt overdrukt
  3. heeft overdrukt
  4. hebben overdrukt
  5. hebben overdrukt
  6. hebben overdrukt
v.v.t.
  1. had overdrukt
  2. had overdrukt
  3. had overdrukt
  4. hadden overdrukt
  5. hadden overdrukt
  6. hadden overdrukt
o.t.t.t.
  1. zal overdrukken
  2. zult overdrukken
  3. zal overdrukken
  4. zullen overdrukken
  5. zullen overdrukken
  6. zullen overdrukken
o.v.t.t.
  1. zou overdrukken
  2. zou overdrukken
  3. zou overdrukken
  4. zouden overdrukken
  5. zouden overdrukken
  6. zouden overdrukken
en verder
  1. is overdrukt
  2. zijn overdrukt
diversen
  1. overdruk!
  2. overdrukt!
  3. overdrukt
  4. overdrukkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

overdrukken [het ~] nomen

  1. het overdrukken (herdrukken)
    nyutgåva

Translation Matrix for overdrukken:

NounRelated TranslationsOther Translations
nyutgåva herdrukken; overdrukken nieuwe publicatie
trycka afdruksel
trycka på forceren; opdringen
VerbRelated TranslationsOther Translations
trycka bedrukken; opdrukken; overdrukken aandrukken; boekdrukken; oppersen; persen; prenten; printen; vastdrukken
trycka på overdrukken beklemtonen; benadrukken; betonen; drukken op; inprenten; jachten; jakkeren; op het hart drukken; reppen; spoeden
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
överskrivning overdrukken

Related Words for "overdrukken":