Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. steunen op:


Dutch

Detailed Translations for steunen op from Dutch to Swedish

steunen op:

steunen op [znw.] nomen

  1. steunen op

steunen op verb (steun op, steunt op, steunde op, steunden op, op gesteund)

  1. steunen op
    stödja sig på; vila på; stödja sig mot
    • stödja sig på verb (stöder sig på, stödde sig på, stött sig på)
    • vila på verb (vilar på, vilade på, vilat på)
    • stödja sig mot verb (stöder sig mot, stödde sig mot, stött sig mot)

Conjugations for steunen op:

o.t.t.
  1. steun op
  2. steunt op
  3. steunt op
  4. steunen op
  5. steunen op
  6. steunen op
o.v.t.
  1. steunde op
  2. steunde op
  3. steunde op
  4. steunden op
  5. steunden op
  6. steunden op
v.t.t.
  1. heb op gesteund
  2. hebt op gesteund
  3. heeft op gesteund
  4. hebben op gesteund
  5. hebben op gesteund
  6. hebben op gesteund
v.v.t.
  1. had op gesteund
  2. had op gesteund
  3. had op gesteund
  4. hadden op gesteund
  5. hadden op gesteund
  6. hadden op gesteund
o.t.t.t.
  1. zal steunen op
  2. zult steunen op
  3. zal steunen op
  4. zullen steunen op
  5. zullen steunen op
  6. zullen steunen op
o.v.t.t.
  1. zou steunen op
  2. zou steunen op
  3. zou steunen op
  4. zouden steunen op
  5. zouden steunen op
  6. zouden steunen op
en verder
  1. ben op gesteund
  2. bent op gesteund
  3. is op gesteund
  4. zijn op gesteund
  5. zijn op gesteund
  6. zijn op gesteund
diversen
  1. steun op!
  2. steunt op!
  3. op gesteund
  4. steunend op
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for steunen op:

NounRelated TranslationsOther Translations
luta emot steunen op leunen tegen
VerbRelated TranslationsOther Translations
stödja sig mot steunen op
stödja sig på steunen op
vila på steunen op berusten; gebaseerd zijn

Related Translations for steunen op