Dutch

Detailed Translations for sukkels from Dutch to Swedish

sukkels:

sukkels [de ~] nomen, plural

  1. de sukkels (domkoppen; leeghoofden)

Translation Matrix for sukkels:

NounRelated TranslationsOther Translations
fåntrattar domkoppen; leeghoofden; sukkels
fårskallar domkoppen; leeghoofden; sukkels druiloren; oenen; schaapskoppen; sufferds; sullen
nollor domkoppen; leeghoofden; sukkels
töntar domkoppen; leeghoofden; sukkels flapdrollen; hufters; lapzwansen

Related Words for "sukkels":


sukkels form of sukkel:


Translation Matrix for sukkel:

NounRelated TranslationsOther Translations
drummel schlemiel; slemiel; slungel; sukkel; watje donderstraal; hufter; kinkel; klootzak; lomperik; lummel; pummel; vlegel
dulle schlemiel; slemiel; slungel; sukkel; watje
dumhuvud schlemiel; slemiel; slungel; sukkel; watje dom gansje; dom wicht; domkop; domme gans; domme koe; leeghoofdje; sufferdje
dummhuvud minkukel; stommeling; sufferd; sukkel; uilenbal; uilskuiken
dumskalle druiloor; idioot; kalfskop; oen; onnozelaar; onnozele; onnozele hals; rund; schaapskop; schapenkop; stommeling; stommerd; stommerik; sukkel; sul domkop; dommerik; domoor; druiloortjes; ezel; stommeling; sufferd; sufferdje; sufferdjes; uilskuiken
dåre druiloor; idioot; kalfskop; oen; onnozelaar; onnozele; onnozele hals; rund; schaapskop; schapenkop; stommeling; stommerd; stommerik; sukkel; sul dwaas; gek; idioot; ijveraar; imbeciel; mallerd; malloot; maniak; pias; scherpslijper; zeloot; zot; zottin
idiot druiloor; idioot; kalfskop; oen; onnozelaar; onnozele; onnozele hals; rund; schaapskop; schapenkop; stommeling; stommerd; stommerik; sukkel; sul dolleman; domkop; dommerik; domoor; dwaas; geesteszieke; gek; idioot; imbeciel; krankzinnige; onnozelaar; sodemieter; stommeling; sufferd; sufferdje; uilskuiken; waanzinnige
stackars jäkel ! stakker; stumper; sukkel; zielenpiet
stackars liten ! stakker; stumper; sukkel; zielenpiet
träskalle schlemiel; slemiel; slungel; sukkel; watje
trögis hannes; sijsjeslijmer; slak; sukkel; talmer; teut; treuzel; treuzelaar; treuzelkous kuiken; onnozelaar; onnozele; onnozole hals; schaap; schaapskop; uil

Related Words for "sukkel":