Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. verbreiding:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for verbreiding from Dutch to Swedish

verbreiding:

verbreiding [de ~ (v)] nomen

  1. de verbreiding (uitspreiding; uitlegging)
    expansion; utvidgning

Translation Matrix for verbreiding:

NounRelated TranslationsOther Translations
expansion uitlegging; uitspreiding; verbreiding aanvulling; expansie; groei; toename; uitbreiding; uitzetting; vergroting
utvidgning uitlegging; uitspreiding; verbreiding aanzetsel; aanzetstuk; aanzetting; doortrekking; gezwollenheid; het groter worden; opgeblazenheid; opgezetheid; uitbouwingen; uitbreidingen; uitzetten; vergroting; wijd worden

Related Words for "verbreiding":

  • verbreidingen

Wiktionary Translations for verbreiding:


Cross Translation:
FromToVia
verbreiding spridning dissemination — act of disseminating