Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. werknemers:
  2. werknemer:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for werknemers from Dutch to Swedish

werknemers:

werknemers [de ~] nomen, plural

  1. de werknemers (employees)
    anställda; personal; arbetare

Translation Matrix for werknemers:

NounRelated TranslationsOther Translations
anställda employees; werknemers
arbetare employees; werknemers arbeider; arbeiders; loonarbeider; werker; werkkracht; werklieden; werklui; werkman
personal employees; werknemers personeel; staf

Related Words for "werknemers":


werknemer:

werknemer [de ~ (m)] nomen

  1. de werknemer (personeelslid; medewerker; klerk; )
  2. de werknemer (arbeidskracht; werkkracht)

Translation Matrix for werknemer:

NounRelated TranslationsOther Translations
anställd arbeidskracht; werkkracht; werknemer employé; geëmployeerde
arbetsanhörig arbeider; arbeidskracht; klerk; medewerker; personeelslid; werkkracht; werknemer
medarbetare arbeider; arbeidskracht; klerk; medewerker; personeelslid; werkkracht; werknemer ambtgenoot; collega; inzenders; vakgenoot

Related Words for "werknemer":


Related Definitions for "werknemer":

  1. wie bij een persoon, bedrijf of organisatie werkt1
    • bij deze fabriek werken 200 werknemers1

Wiktionary Translations for werknemer:


Cross Translation:
FromToVia
werknemer anställd; arbetstagare employee — individual who provides labor to a company or another person
werknemer anställd hire — a person who has been hired
werknemer arbetstagare; löntagare employé — Personne rétribuer pour produire un travail au sein d’une entreprise ou d’une administration.

Related Translations for werknemers