Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. zenuwachtigheid:
  2. zenuwachtig:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for zenuwachtigheid from Dutch to Swedish

zenuwachtigheid:

zenuwachtigheid [de ~ (v)] nomen

  1. de zenuwachtigheid (nervositeit)

Translation Matrix for zenuwachtigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
nervösitet nervositeit; zenuwachtigheid

Related Words for "zenuwachtigheid":


zenuwachtig:

zenuwachtig adj

  1. zenuwachtig (nerveus)

Translation Matrix for zenuwachtig:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
- nerveus
ModifierRelated TranslationsOther Translations
nervös nerveus; zenuwachtig nerveus; onrustig; piekerig; schichtig; schrikachtig; tobberig; vreesachtig; zwaartillend
nervöst nerveus; zenuwachtig nerveus; onrustig; piekerig; schichtig; schrikachtig; tobberig; vreesachtig; zwaartillend

Related Words for "zenuwachtig":

  • zenuwachtigheid, zenuwachtiger, zenuwachtigere, zenuwachtigst, zenuwachtigste, zenuwachtige

Synonyms for "zenuwachtig":


Antonyms for "zenuwachtig":


Related Definitions for "zenuwachtig":

  1. angstig omdat het verkeerd af kan lopen1
    • zij is erg zenuwachtig voor het examen1

Wiktionary Translations for zenuwachtig:

zenuwachtig
adjective
  1. lijdend onder een gevoelig, snel geraakt zenuwstelsel

Cross Translation:
FromToVia
zenuwachtig nervös nervös — (krankhaft) reizbar, erregbar, gereizt, unruhig, zerfahren