Home ->Dictionaries ->Swedish/Dutch ->Search: pris

Swedish and Dutch Search Results for: pris

Summary

Swedish to Dutch: more detail...

pris:
- prijs; gewonnen prijs; ritprijs
Wiktionary:
- pris → prijs
- pris → prijs, beloning, premie

Swedish

Detailed Translations for pris from Swedish to Dutch

pris:

pris [-ett] nomen

pris
de prijs
– beloning voor de winnaar ¹
- prijs [de ~] nomen
  - Jan haalde de eerste prijs bij de wedstrijd¹
de gewonnen prijs
- gewonnen prijs [de ~] nomen
pris
de prijs
- prijs [de ~ (m)] nomen
pris
prijs
– wat je voor iets moet betalen ¹
- prijs
  - wat is de prijs van dit boek?¹
pris (färdbiljettspris; biljett; biljettpris)
de ritprijs
- ritprijs [de ~ (m)] nomen

Translation Matrix for pris:

Noun	Related Translations	Other Translations
gewonnen prijs	pris
prijs	pris	heder 6-ärebetygelse; ära
ritprijs	biljett; biljettpris; färdbiljettspris; pris
Not Specified	Related Translations	Other Translations
prijs	pris

Synonyms for "pris":

kostnad; vinst; tariff; prilla; taxa

Wiktionary Translations for pris:

pris

noun

de gevraagde geldsom bij verkoop
- prijs → pris

Cross Translation:

From	To	Via
• pris	→ prijs	↔ Preis — den beim Erwerb einer Ware oder Dienstleistung zu zahlende Geldbetrag
• pris	→ prijs	↔ Preis — eine ehrende Auszeichnung für besonders Verdienste
• pris	→ prijs	↔ Preis — ein Gewinn in einem Wettbewerb
• pris	→ prijs	↔ price — cost required to gain possession of something
• pris	→ prijs	↔ price — cost of an action or deed
• pris	→ prijs; beloning; premie	↔ prize — honor or reward striven for in a competitive contest
• pris	→ prijs	↔ prize — that which may be won by chance

Related Translations for pris

¹Muiswerk Woordenboek