Summary
Swedish to Dutch:   more detail...
  1. stoft:
  2. Wiktionary:
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. stoffen:


Swedish

Detailed Translations for stoft from Swedish to Dutch

stoft:

stoft

  1. stoft
    het stof
    – heel kleine droge deeltjes die overal neerdalen 1
    • stof [het ~] nomen
      • bovenop de boekenkast lag veel stof1

Translation Matrix for stoft:

NounRelated TranslationsOther Translations
stof stoft damm; dammpartiklar; material

Synonyms for "stoft":


Wiktionary Translations for stoft:


Cross Translation:
FromToVia
stoft stof Staub — fein verteilte, kleine feste Partikel, die in der Luft schweben oder sich ablagern
stoft poeder powder — fine particles

External Machine Translations:


Dutch

Detailed Translations for stoft from Dutch to Swedish

stoft form of stoffen:

stoffen verb (stof, stoft, stofte, stoften, gestoft)

  1. stoffen (afstoffen; afnemen)
    ta bort; damma av
    • ta bort verb (tar bort, tog bort, tagit bort)
    • damma av verb (dammar av, dammade av, dammat av)
  2. stoffen (op vuur pruttelen; smoren; sudderen; pruttelen)
    göra en gryta
    • göra en gryta verb (gör en gryta, gjorde en gryta, gjort en gryta)

Conjugations for stoffen:

o.t.t.
  1. stof
  2. stoft
  3. stoft
  4. stoffen
  5. stoffen
  6. stoffen
o.v.t.
  1. stofte
  2. stofte
  3. stofte
  4. stoften
  5. stoften
  6. stoften
v.t.t.
  1. heb gestoft
  2. hebt gestoft
  3. heeft gestoft
  4. hebben gestoft
  5. hebben gestoft
  6. hebben gestoft
v.v.t.
  1. had gestoft
  2. had gestoft
  3. had gestoft
  4. hadden gestoft
  5. hadden gestoft
  6. hadden gestoft
o.t.t.t.
  1. zal stoffen
  2. zult stoffen
  3. zal stoffen
  4. zullen stoffen
  5. zullen stoffen
  6. zullen stoffen
o.v.t.t.
  1. zou stoffen
  2. zou stoffen
  3. zou stoffen
  4. zouden stoffen
  5. zouden stoffen
  6. zouden stoffen
en verder
  1. ben gestoft
  2. bent gestoft
  3. is gestoft
  4. zijn gestoft
  5. zijn gestoft
  6. zijn gestoft
diversen
  1. stof!
  2. stoft!
  3. gestoft
  4. stoffend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for stoffen:

NounRelated TranslationsOther Translations
damma av afnemen; afstoffen; afwissen
ta bort wegruimen
VerbRelated TranslationsOther Translations
damma av afnemen; afstoffen; stoffen polijsten
göra en gryta op vuur pruttelen; pruttelen; smoren; stoffen; sudderen
ta bort afnemen; afstoffen; stoffen afnemen; afvoeren; afzonderen; ecarteren; lichten; meedragen; nemen uit; publicatie ongedaan maken; uitgommen; uitlichten; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; verplaatsen; vervreemden; verwijderen; vlakken; wegbrengen; wegdoen; wegdragen; weghalen; wegnemen; wegsjouwen; wegslepen; wegvegen; wegvoeren; wegwerken; wissen

Related Words for "stoffen":


External Machine Translations: